Hulpverlener als nabestaande
Wanneer een patiënt of cliënt uit het leven stapt, heeft dit op de behandelde hulpverlener(s) een grote impact. Hier lees je wat de impact is, wat kan helpen en waar je terecht kan voor hulp.
De impact van een zelfdoding op de hulpverlener
Helaas zullen vele hulpverleners het eens, of meermaals, meemaken in hun carrière: een cliënt of patiënt stapt uit het leven (Gibbons et al., 2019; Courtney et al., 2001).
Elke zelfdoding is anders, elk rouwproces is anders en dus zal de impact op jou als hulpverlener steeds verschillend zijn. Er zijn echter wel bepaalde gemeenschappelijke lijnen in te trekken: stress, emotionele weerslag, een veranderend professioneel functioneren en impact op het persoonlijk leven komen zeer vaak tot altijd voor.
Sommigen hulpverleners rapporteren een verbetering in enkele weken, anderen geven aan dat de impact veel langer aansleepte. Bij een minderheid zijn we grote gevolgen op de mentale gezondheid met verschillende symptomen van een klinische depressie.
Emoties bij het rouwproces na de zelfdoding van een patiënt zijn onder andere: verdriet, angst, zelfverwijten, schaamte, kwaadheid, gevoel van verantwoordelijkheid, gevoel van falen, verminderd zelfvertrouwen en het gevoel dat anderen hen de schuld geven.
Suïcidaliteit is zeer complex en multifactorieel. Dit zorgt voor een gevoel van onzekerheid wat gepaard kan gaan met een vals gevoel van verantwoordelijkheid waardoor je als hulpverlener je schuldig en/of gefaald voelt.
Zo komt het ook voor dat een nabestaande hulpverlener zich meer zal isoleren van collega's uit schrik voor het oordeel van anderen. Hierbij is het dus steeds van belang te weten dat je als hulpverlener hier niet alleen in bent!
De gevolgen van de impact verschillen verschilt van persoon tot persoon. Het is dan ook essentieel om te bekijken wat voor jou welzijn en mentale gezondheid nodig en helpend is en jouw noden ook te respecteren. Zelfzorg en durven aangeven wat je nodig hebt aan collega's en/of leidinggevende(n) is belangrijk.
Heel vaak passen hulpverleners hun professioneel handelen aan nadat een cliënt uit het leven stapte. Zowel meer voorzichtigheid, sneller doorverwijzen, meer bevragen tot zelfs het niet meer behandelen van suïcidale personen worden gerapporteerd.
Tips voor de eerste dagen
- Praat met anderen, zowel collega's als mensen in jouw persoonlijk leven zoals vrienden & familie.
- Zorg voor jezelf, volg jouw noden en wees empathisch voor jezelf
- Zorg ook voor je fysieke gezondheid
- Zoek hulp indien je de nood voelt
- Bekijk of het nodig/helpend is om (al dan niet tijdelijke) aanpassingen te maken in jouw werk(omgeving).
Langere termijn
Rouwen geeft niet over; je kan het niet echt een plekje geven en er nooit nog last van hebben. Rouwen doe je, ook als hulpverlener levenslang: je neemt de impact, het verlies, verder met je mee. Hoe je ermee omgaat en hoe snel het minder intens aanvoelt, is is afhankelijk van vele factoren zoals de omstandigheden van het overlijden, persoonlijkheidsfactoren en omgevingsfactoren. Iedereen die rouwt heeft een eigen tempo van rouwslinger, andere noden en een andere kijk op de feiten.
Verder verloopt rouwen heel erg golvend: het is dus heel normaal dat het soms 'beter' en soms 'slechter' lijkt te gaan. Volg steeds jouw eigen noden & tempo en durf hulp of ondersteuning vragen wanneer je hieraan behoefte hebt.
Wanneer je volgende problemen langere tijd ondervindt, is het aan te raden psychologische ondersteuning op te zoeken (Hawton, K. et al, 2020):
- Intrusieve gedachten over de zelfdoding
- Aanhoudende slaapproblemen, nachtmerries
- Angstig, sneller geïrriteerd zijn
- Twijfelen, moeite met concentratie
- Weinig motivatie
- Sociaal contact vermijden tot isoleren
Wat jou kan helpen
- Vormingen volgen of informatie opzoeken over (rouwen) na zelfdoding, suïcidepreventie en -postventie
- Contact met andere hulpverleners die een cliënt verloren
- Praten met familie en vrienden over de impact van het overlijden op jou (zonder de vertrouwelijkheid te schaden)
- Beleid van de organisatie bekijken rond suïcidepreventie en -postventie
- Combinatie formele en informele steun op de werkvloer, een persoonlijke aanpak
- Geen opdringere hulp maar aangeboden hulp
- Contact en steun - Externe steun mobiliseren
- Zelfzorg, rust & tijd - Interne steun
- Herstelgerichte activiteiten & werken
Uit verschillende kwalitatieve onderzoeken gaven vele hulpverleners volgende zaken aan als helpend:
- Reconstructie, bijvoorbeeld aan de hand van een KEHR-vragenlijst & psychologische autopsie
- Supervisie
- Intervisie
- Contact met de familie van de overledene
- Lotgenotencontact (hiervoor kan je ook terecht op ons forum)
- Therapie (zowel voor supervisie als therapie kan je bij ons terecht voor passende doorverwijsadressen)
- Schrijven
- Herdenking, ritueel, bijwonen van de uitvaart
- ...
“Ik ben een cliënt verloren. Ik ben een rouwproces begonnen en toch voel ik me geen nabestaande, alsof ik geen recht heb op die rouw hoewel ik het uiteraard wel doe.”
Belangrijk om te weten
Beroepsgeheim
Het beroepsgeheim als hulpverlener blijft ook na de zelfdoding van een patiënt gelden, zowel ten opzichte van familieleden als ten opzichte van andere patiënten, collega's
en andere betrokkenen. Hier staat tegenover dat de omgeving echter net nood heeft aan informatie en er kunnen ook geruchten of mythes de ronde doen. Deze ontkracht je best meteen: niemand heeft baat ook foute info en wanneer je geen details geeft over de feiten, schendt je het beroepsgeheim ook niet. Wanneer het duidelijk is dat alle betrokkenen op de hoogte zijn van wat er gebeurd is, hoef je dit ook niet te ontkennen.
Dossierinzage
Wat betreft het inzagerecht van het dossier na het overlijden, hebben de echtgeno(o)t(e),
partner en bloedverwanten tot en met de tweede graad recht om het dossier te laten inkijken door een door hen aangeduide arts (Wet betreffende de Rechten van de Patiënt, art. 9, §4). Bij een aanvraag om het dossier te laten inkijken moet het verzoek duidelijk worden gemotiveerd en gespecifieerd.
De familie en vrienden van de overledene ondersteunen
Handvaten:
- Eerste gesprek met collega of leidinggevende
- Familie beluisteren, opvangen & steunen
- Ruimte laten voor vragen stellen & gevoelens uiten
- Eigen beleving en emoties uiten
- Hou rekening met mogelijke kwaadheid en schuldprojecties, dan kan het ook een optie zijn om het gesprek zelf (nog) niet te voeren met de familie maar een collega of leidinggevende dit te laten doen
Informeer hen over:
- Geleverde inspanningen zonder schenden van het beroepsgeheim. Leg hierbij ook uit wat je kan en niet kan zeggen door het beroepsgeheim en de wetgeving van rechten van de patiënt.
- Info over (rouwen na) zelfdoding, psycho-educatie
- Suïcidaal proces & Verklarend model indien ze antwoorden zoeken op de waaromvraag
- Praktische, administratieve, juridische aspecten
- Hulpverleningsadressen
"Spreken is een manier om een band te maken met iemand anders, maar met je lijden sta je fundamenteel alleen. Je kan wel iets betekenen voor iemand anders, maar dat is begrensd. Ik wist dat allemaal wel al, maar door de zelfmoord van Tony, is die overtuiging versterkt."