Ga verder naar de inhoud

Administratie & Financiën

Na een overlijden zijn er heel wat administratieve en financiële zaken om te regelen. Hieronder vind je de belangrijkste regelingen waaronder te contacteren instanties, belastingen, vergoedingen, e.a.

ondertekenen

Administratieve taken

In de eerste uren of dagen na het overlijden van een dierbare dienen er zich vaak al de eerste administratieve formaliteiten aan die in orde gebracht moeten worden. Andere zaken kunnen in de weken nadien geregeld worden.

vrouw kijkt in dossier map

Eerste stappen

1. Bel de politie

Een overlijden door zelfdoding wordt beschouwd als een niet-natuurlijk of verdacht overlijden. Het parket van de Procureur des Konings start een onderzoek naar de doodsoorzaak en moet ook toestemming geven tot begrafenis of crematie. Wanneer het parket op basis van de informatie van de politie of de ambtenaar van de burgerlijke stand niet met zekerheid kan oordelen over de ware toedracht van het overlijden, zal het parket een wetsgeneesheer laten aanstellen. In deze omstandigheden neemt het parket alle beslissingen (bijvoorbeeld wanneer je de overledene kunt groeten).

2. Ga na of er een wilsbeschikking is opgesteld

Ieder kan in zijn/haar/hun leven vrijwillig bepalen wat er met zijn/haar/hun lichaam gebeurt na overlijden. Deze keuze kan de overledene vastgelegd hebben in een laatste wilsbeschikking. Vraag na bij de gemeente of de overledene zijn/haar/hun wilsbeschikking heeft laten registreren.

Papieren pen op tafel en stoel
3. Contacteer een begrafenisondernemer

Een begrafenisondernemer kan je bij heel wat praktische zaken rond het overlijden helpen, of kan deze van jou overnemen. Zo kan een begrafenisondernemer je helpen met het opstellen van de doodsbrief. Hij neemt de zorg voor en het vervoer van het lichaam van de overledene op zich, en verzorgt de uitvaart zoals gewenst.

4. Geef het overlijden aan bij de burgerlijke stand van de gemeente

Het overlijden moet zo snel mogelijk worden aangegeven bij de ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de gemeente waar het overlijden plaatsvond en bij de bevolkingsdienst van de gemeente waar de uitvaart zal plaatsvinden. In de praktijk zal de begrafenisondernemer dit voor jou regelen. Op basis van deze aangifte maakt de gemeente een ‘Akte van overlijden’ op.

administratie2

Te contacteren instanties

Hieronder vind je een opsomming van de belangrijkste instanties die je moet op de hoogte brengen van het overlijden van je dierbare. Hiervoor maak je gebruik van (een kopie van) de ‘Akte van overlijden’, uitgeschreven door de gemeente.

  • De bank van de overledene
  • De verzekeringsmaatschappij(en)
  • Het ziekenfonds
  • De werkgever en/of de uitkeringsinstantie van de overledene
  • De notaris
  • De belastingen
  • De huisbaas (wanneer de overledene een woning huurde)
  • Nutsbedrijven waarbij de overledene geregistreerd staat (gas-, elektriciteit-, water-, en kabelmaatschappij)
  • De Directie Inschrijvingen van Voertuigen, DIVV (wanneer de overledene in het bezit was van een voertuig en je deze wenst te behouden)
  • Verenigingen waarvan de overledene lid was
  • Tijdschriften waarop de overledene geabonneerd was
  • ...
geld

Financiën

Een overlijden brengt kosten met zich mee bijvoorbeeld op vlak van belastingen en de uitvaart. Het kan zijn dat je recht hebt op een vergoeding zoals een overlevings- of wezenpensioen.

administratie verzekeringen kantoor

Erfenis


Wie wat erft, is deels bepaald door de wet (die een rangschikking bevat volgens orde en graad), een mogelijks opgesteld testament, huwelijkscontract, samenlevingscontract of schenkingen. Op die schenkingen zijn dan wel schenkingsrechten verschuldigd. Op de erfenis is erfbelasting verschuldigd.
Bij schulden heb je recht om de erfenis ook te weigeren. Let hierbij wel op dat je dan ook geen recht meer hebt op andere delen van de erfenis zoals inboedel of zelfs brieven en foto's.

Voor meer informatie kan je terecht bij de notaris.

belastingen

Belastingen

Voor het inkomstenjaar waarin je echtgenoot overleed, dien je een afzonderlijke belastingaangifte in te vullen, zowel voor jezelf als voor je overleden echtgeno(o)t(e). Kinderen of andere personen ten laste, kunnen slechts in 1 van de 2 aangiften vermeld worden. Als overlevende echtgenoot of wettelijk samenwonende partner moet je in jouw persoonlijke aangifte aanduiden of je kiest voor:

  • één gemeenschappelijke aanslag op naam van jezelf en op naam van de nalatenschap van de overleden echtgenoot/partner. In dat geval worden ze voor de berekening van de belasting als echtgenoten of daarmee gelijkgestelden beschouwd.
  • twee afzonderlijke aanslagen, namelijk één op jouw naam en één op naam van de nalatenschap van de overleden echtgenoot/partner. In dat geval worden zij voor de berekening van de belasting als alleenstaanden beschouwd.

Overlevingspensioen

Was je de partner van de overledene, ben je minstens 45 jaar en minstens 1 jaar gehuwd? Dan heb je recht op een overlevingspensioen voor 12 tot 24 maanden. Dit houdt in dat je recht hebt op het pensioen van de overledene. Hierop zijn voorwaarden van toepassing. Als niet aan alle voorwaarden voldaan is, kan je als overlevende echtgenoot aanspraak maken op het tijdelijke overlevingspensioen voor een periode van 12 maanden zonder kinderlast, of 24 maanden met kinderlast.

Als je een overlevingspensioen ontvangt, is een beperkte beroepsactiviteit toegelaten, mits de inkomsten niet hoger zijn dan een vast bepaald bedrag. De activiteiten moeten vooraf aangegeven worden met specifieke formulieren bij de bevoegde pensioendienst. Een overlevingspensioen kan ook niet gecombineerd worden met een vervangingsinkomen, zoals een ziektevergoeding of werkloosheidsuitkering.

Wezenpensioen

Ben je minderjarig of heb je als meerderjarige nog recht op kinderbijslag (bijvoorbeeld als je nog studeert) en verloor je beide ouders? Dan heb je recht op een wezenpensioen.

Als je jonger dan 18 en de enige mogelijke rechthebbende bent, dien je hiervoor geen aanvraag in te dienen. Ook wanneer je jonger dan 18 bent, en recht hebt op een overlevingspensioen ten gevolge van het overlijden van een ouder die zelf een overlevingspensioen kreeg dat werd beheerd door Federale Pensioendienst, is dit niet nodig.

In alle andere gevallen, moet je hiervoor wel een aanvraag indienen. De aanvraag moet worden ingediend door je voogd bij de dienst Pensioenen van de Sociale Verzekeringsbank.